Olieprijs gesteund door opflakkerende geopolitieke spanningen
(ABM FN-Dow Jones) De olieprijs is donderdag gestegen. Bij een settlement van 67,54 dollar werd een vat West Texas Intermediate 1,8 procent duurder. Brent kostte donderdagavond 69,53 dollar en was daarmee anderhalf procent duurder dan woensdag.
Daarmee kwam er een einde aan drie dagen van dalingen voor de olieprijzen, die vandaag werden gesteund door de veerkracht van de economie in belangrijke olieconsumerende landen als de VS en China.
Ook een opleving van de risicopremie in het Midden-Oosten na aanvallen met drones op de olie-infrastructuur in de Koerdische regio van Irak was gunstig vor de olieprijzen, zag Quasar Elizundia van Pepperstone.
"De markt blijft echter gevoelig voor het Amerikaanse handelsbeleid en de productiebeslissingen van OPEC+", volgens de analist.
De Amerikaanse president Donald Trump zou van plan om brieven met importheffingen van 10 tot 15 procent te sturen aan nog eens 150 landen.
De olieprijzen handelden donderdag aanvankelijk binnen een smalle bandbreedte, nadat de wekelijkse voorraden benzine en stookolie in de VS woensdag groter bleken dan verwacht.
Dat creëerde zorgen over de vraag naar brandstof tijdens het zomerseizoen, stelden analisten van ANZ Research. De Amerikaanse olievoorraden daalden wel, zo meldde de Energy Information Administration.